Het klimaat verandert: zoveel is momenteel wel duidelijk. Maar wordt de architectuur beïnvloed door de klimaatverandering (of gewoon door het klimaat)?
Het antwoord lijkt ons even duidelijk.
Vanaf het eerste begin was architectuur een antwoord op de milieuomstandigheden waarin de mens leeft. Als je kijkt naar alle zogenoemd “traditionele” vormen van architectuur wereldwijd, kun je niet anders dan de verscheidenheid opmerken aan reacties op de druk van de omgeving.
Jammer genoeg heeft de industriële revolutie hierin verandering gebracht. Elektriciteit, massaproductie, de verbrandingsmotor op benzine, de chemische industrie, de communicatiemiddelen en de ontwikkeling van vervoermiddelen hebben onze economieën en samenlevingen ingrijpend veranderd. En de levenswijzen die daaruit voortkomen, houden rechtstreeks verband met de klimaatverandering, waarvan we de gevolgen nog maar pas beginnen zien.
Dankzij de industrialisatie en de nieuwe technologieën konden we ons bevrijden van de beperkingen van onze omgeving en ons comfort verhogen. De architectuur werd kunstmatig bevrijd van klimatologische beperkingen, met als gevolg alle excessen die we vandaag kennen.
De Intergouvernementele Werkgroep inzake Klimaatverandering, (IPCC) werd opgericht in 1988 om gedetailleerde beoordelingen te maken van de stand van de kennis (wetenschappelijk, technisch en sociaaleconomisch) over klimaatverandering, haar oorzaken, mogelijke gevolgen en de strategieën om haar te pareren. Het IPCC heeft de wereld meer bewust gemaakt van de impact van de mens op zijn milieu en zijn verantwoordelijkheid binnen de klimaatverandering.
Vandaag is het tijd om te erkennen dat we ons onvolwassen hebben gedragen bij het beheer van onze hulpmiddelen en dat het tijd is om onszelf in de hand te nemen. En zelfs als zouden we dat niet willen: de klimaatontregeling laat ons eenvoudigweg geen andere keus.
De bouwsector staat met zijn rug tegen de muur en vormt dus geen uitzondering op deze vaststelling. De architect van vandaag moet rekening houden met deze nieuwe realiteit. De architectuur die uit dit nieuwe bewustzijn zal groeien, zal zeer zeker een nieuwe architectuur zijn, een combinatie van traditionele architectuur vol gezond verstand en de huidige technologieën die het beste halen uit de hulpmiddelen die ons ter beschikking staan.
Eerst en vooral: de gebouwen kunnen niet meer overal dezelfde zijn. Ze moeten de plaatselijke levensstijl weerspiegelen en de voor elke regio specifieke klimaatomstandigheden. Voortaan zullen ze ook rekening moeten houden met de grote weersverschijnselen die de komende jaren steeds meer frequent zullen worden.
We zien allerlei soorten initiatieven opduiken om terug te keren naar ecoverantwoorde architectuur die rekening houdt met de milieueffecten die ze veroorzaakt.
De zogenoemde bioklimatologische architectuur wordt opnieuw de basis. Hoe ruimten georiënteerd zijn, de lichtinval, natuurlijke ventilatie, zonwering, faseverschuiving en de thermische inertie van materialen: het zijn maar een paar van de principes die de architecten van vandaag zich opnieuw eigen maken.
Wat ook snel evolueert, zijn de technieken die in gebouwen worden gebruikt om de gevolgen van de klimaatverandering te temperen. Veel architecten geven de voorkeur aan lowtech-technieken, die betaalbaarder zijn en vlotter te gebruiken en te repareren, waardoor ze langer meegaan.
High-tech technologieën worden alleen gebruikt als laatste redmiddel wanneer alle andere opties zijn uitgeput.
Op het gebied van materialen is een grote herbezinning gaande. Hun ecologische voetafdruk moet zo klein mogelijk zijn. Dit geeft aanleiding tot een veelheid van oplossingen.
Sommigen zullen de voorkeur geven aan lokale materialen, die de regionale identiteit van de gebouwen versterken en tegelijkertijd hun vervoersimpact beperken. Anderen zullen bio- of geosourced materialen gebruiken om het gebruik van materialen uit de petrochemie te beperken.
Deze zelfde materialen zullen zo worden ingezet dat ze makkelijk kunnen worden gedemonteerd en hergebruikt voor andere projecten.
Wat er ook van zij: het is van essentieel belang om na te denken over onze behoeften. Dit kan alleen maar leiden tot meer gezond verstand.
We hebben allemaal gezien hoe we de Passief-uitdaging zijn aangegaan. We dachten dat het te moeilijk zou zijn om in de praktijk te brengen, dat het te duur zou zijn, dat bouwbedrijven er niet in zouden slagen.
En toch hebben we er een nieuwe standaard van gemaakt die van België een voorloper op dit gebied heeft gemaakt.
Hetzelfde geldt voor koolstofarme bouw, zijnde het meest pertinente antwoord op de klimaatverandering. Misschien moet de regelgeving ons een duwtje in de rug geven, maar ik ben ervan overtuigd dat we binnen tien jaar trots zullen zijn op het geleverde werk.
Auteur: Rémy Rascol, Architect partner bij CERAU
Lees ook: Het verbod op fluorescentielampen: til je verlichting naar een hoger niveau; Isoleren van binnenuit: een gratis tool om de juiste keuzes te maken; Moeten we de EPB met het badwater weggooien?; Glas: essentieel in elk bouwproject