Na de opleiding zijn de deelnemers tot het volgende in staat:
Wat de theorie betreft
De basisbegrippen beheersen die verband houden met de isolatie en de luchtdichtheid van een gebouw:
- Het begrip thermische geleidbaarheid (lambdawaarde) en de efficiëntie van een isolatiemateriaal
- De migratie van waterdamp door een wand en de gevolgen voor de kwaliteit van de isolatie
- De luchtdichtheid aan de aansluitingen tussen de wanden en de gevolgen voor de thermische isolatie
- De winddichtheid van het onderdak
- De rollen van het geheel dakpannen, latten, tegenlatten en onderdak, en de uitdagingen die verband houden met de juiste plaatsing van het isolatiemateriaal in het onderdak
- Het verband tussen ventilatie, isolatie en luchtdichtheid
- De impact van kleine hoeveelheden doorgelaten lucht op de globale kwaliteit van de isolatie
Wat de praktijk betreft
- Onder toezicht van de teamleider de stappen volgen die noodzakelijk zijn voor de plaatsing van het halfstijve isolatiemateriaal, en de energieprestaties van de wand garanderen (muur, hellend dak)
- De lucht- en waterdampdichte voorziening (membranen en “tapes”) plaatsen, met inachtneming van de beperkingen met betrekking tot de uitvoering om de efficiëntie van het geïsoleerde geheel te garanderen